Terugblik op het conflict in het Midden-Oosten. 3. Objectiviteit, volledigheid en evenwicht, wel geëist maar niet verplicht
Geen vraag die het afgelopen jaar zo vaak terugkwam in onze mailbox als die naar ‘objectiviteit’ van berichtgeving. We zetten het woord hier met aarzeling en tussen aanhalingstekens neer. Want in de journalistiek is het een beladen begrip.
Geen mens is helemaal objectief, ook een journalist niet. We schreven in een dossier over objectieve verslaggeving: “Honderd procent objectiviteit is onmogelijk, als je dat wilt moet je een stenograaf inhuren.” En we voegden toe: “Journalisten moeten keuzes maken. Niet alle verhalen zijn nieuws, niet alle bronnen zijn beschikbaar of doen ter zake, niet alle vragen zijn relevant voor het verhaal en niet alle antwoorden zijn bruikbaar. De gemaakte keuzes moeten wél duidelijk zijn en verantwoord worden.”
De manier van werken van de journalist moet dus objectiveerbaar en onafhankelijk zijn. Want dan kan het publiek controleren of informatie betrouwbaar is en zelf besluiten of het een journalistiek product geloofwaardig vindt. Met die blik keken we naar vragen van het publiek die vertaald werden als zorgen om objectiviteit. Vragen over (on)volledigheid, aandacht en evenwicht.
Historische context
Geregeld klonk bij programma’s en de Ombudsman de roep om historische achtergrond. De aanval van Hamas op 7 oktober vond toch niet in een isolement of uit het niets plaats, zo schreven kijkers. Daar ging een historie aan vooraf, vaak gekarakteriseerd als een geschiedenis van onderdrukking door Israël van het Palestijnse volk.
Niet dat die voorgeschiedenis een aanval als op 7 oktober zou rechtvaardigen, voegde men dan toe. Maar duiding en historisch verband leveren zou goed zijn. “Geef een goede geschiedenisles over de ontstaansgeschiedenis van Israël en de Gazastrook vanaf 1946. Veel mensen kennen de aanvang niet eens, ze zijn dan bevoordeeld,” schreef een kijker in de chat van EenVandaag en vertolkte daarmee een verzoek van veel kijkers. Die redactie maakte daarop diverse artikelen en video’s met achtergrond en uitleg. Ook NOS Nieuws deed dat, voor divers publiek en op verschillende platforms.
Maar op die items en artikelen met uitleg kwam dan vaak – uiteraard – opnieuw reactie vanuit het publiek. Want ook de geschiedenis wordt niet door iedereen hetzelfde uitgelegd of ingekaderd. Waarom, bijvoorbeeld, de geschiedenis pas laten beginnen ná de Tweede Wereldoorlog? Wie in 7 oktober 2023 een beginpunt van dit conflict ziet, stapt al direct in een Israëlisch ‘frame’, werd wel gesteld. Of waarom geen overzicht geven van wat het zionisme inhoudt? De vragen werden soms uiterst specifiek en vooronderstelden een stellingname of doelgerichte sturing door redacties.
Onvolledig en dús onjuist?
Een kijker vroeg bijvoorbeeld aan NOS Nieuws waarom deze “nooit” aangaf op wíe Israël in 1967 eigenlijk de Westelijke Jordaanoever had veroverd. Niet op de Palestijnen maar op Jordanië, schreef hij, een kwestie van “slechts twee woorden” toevoegen. En als de NOS dat maar steeds zou doen, zou het brede publiek de situatie correct begrijpen. De uitleg die de omroep hem stuurde vond hij een “standaardantwoord”. Wat hij bedoelde met zijn opmerking bleef onhelder, behalve dat de omroep de woorden volgens hem willens en wetens wegliet. De Ombudsman probeerde te begrijpen wat de NOS daar dan mee zou opschieten en dook er toch even in.
Een gerichte zoekvraag naar geschreven artikelen leverde inderdaad geen verwijzingen op bij de NOS naar wat je misschien de ‘eigenaar’ van de Westelijke Jordaanoever vóór 1967 kon noemen. We vonden wel een enkel artikel of uitlegitem waarin de informatie opgenomen had kúnnen worden, om nóg completer te zijn. Maar onbegrijpelijk of onjuist waren die berichten zonder die “twee woorden” niet.
De Ombudsman schreef daarop aan deze klager – en aan talloze anderen die zich beklaagden over onvolledigheid van informatie – dat een nieuwsbericht of -item niet altijd alle aanwezige informatie moet opnemen. Een nieuwsbericht of journalistiek (achtergrond)verhaal is geen encyclopedie of geschiedenisboek. Journalisten selecteren welke informatie voor een bepaald artikel relevant is. Dat behoort tot de autonomie die een redactie volgens de (Media- en grond-)wet heeft. Wel moet een journalistieke productie werkelijkheidsgetrouw zijn, door selectie van informatie niet onbegrijpelijk worden en geen aantoonbaar onjuiste informatie bevatten.
Een nieuwsrubriek zal díe informatie delen die op dat moment relevant en nodig is om het nieuws te begrijpen en te duiden. Klagers redeneerden regelmatig dat door hen geconstateerde onvolledigheid leidde tot een vertekend beeld. En ze veronderstelden bij de selectie van informatie kwade opzet. Maar als je impliceert dat er een reden tot weglaten is, dan moet je die expliciet maken. Dat gebeurde dan doorgaans niet.
De Ombudsman gaat niet mee in vooronderstellingen of speculaties over wat het doel van een nieuwsrubriek zou zijn om opzettelijk onvolledig te (willen) zijn. Eén van de partijen in een beter daglicht zetten? De Ombudsman vond geen onderbouwing voor een dubbele agenda van NOS Nieuws.
Aandacht voor ‘balans’
Toch heeft het publiek regelmatig de indruk dat redacties een voorkeur hebben voor één van de partijen in het conflict. Die voorkeur zou zich dan bijvoorbeeld tonen in de hoeveelheid aandacht voor standpunten. En daarom vroeg het publiek vaak naar hoe de aandacht van nieuwsprogramma’s over de diverse kanten aan of partijen in een complex onderwerp als dit, verdeeld wordt. Zie de omvang van de categorie ‘aandacht’ in het taartdiagram hieronder: ruim een kwart van de mails aan de Ombudsman in de onderzochte twaalf maanden ging erover.
In de chats met het publiek viel de redactie van EenVandaag aanhoudende kritiek op vermeende eenzijdigheid en partijdigheid op. "Stop met een kant te kiezen want dat doen jullie namelijk in overmaat," schreef een kijker. Hoe langer het conflict duurt, hoe meer de kritiek op de balans toeneemt, zei de redactie tegen de Ombudsman, zowel van pro-Israëlische als pro-Palestijnse kijkers. Maar onderbouwing van de kritiek komt er dan niet. En: “Wat opvallend hier is, is dat je eigenlijk op dezelfde reportage van allebei de kanten kritiek krijgt.”
Ook de Ombudsman zag dergelijke tegengestelde klachten over dezelfde items. Iemand schreef: “Wat is het triest dat de journalistiek van het NOS-journaal en Nieuwsuur Hezbollah en Hamas terreurorganisaties blijven noemen. Het zijn verzetsbewegingen, die zich verzetten tegen de constante aanvallen, moordpartijen en schendingen van de menselijkheid door Israël.” Slechts enkele minuten ná de deze klacht kwam de volgende bij ons binnen: “Dit is een aanklacht tegen Nieuwsuur. Hoe is het mogelijke dat ons nieuws terroristen verheerlijkt, Hezbollah. En zo het antizionisme en antisemitisme aanwakkert. Israël wordt weer beschuldigd van iets wat zo onterecht en slecht is. Laat de Israëlische burgers aan het woord, die onder jarenlange beschietingen van Hezbollah leven.”
Op redacties wordt dan wel gezegd: als beide ‘kampen’ van het publiek over hetzelfde verhaal klagen, dan zijn we niet partijdig. Maar dat klinkt dan een beetje als de journalistieke variant op de dooddoener dat ook een kapotte klok twee keer per dag de juiste tijd aangeeft.
Niet op zoek naar ‘evenwicht’
Wat wordt er met die vraag om een evenredige verdeling van aandacht bedoeld? Vaak blijkt dat het publiek méér aandacht wil voor de kant die men zelf belangrijk vindt, de andere kant krijgt te veel de ruimte vindt men dan. Er is een wetenschappelijke verklaring voor het gevoel dat berichtgeving de andere kant systematisch bevoordeelt, dat noemen we het hostile media effect. Volgens die theorie onthoud je het beste waar je het niet mee eens bent. In een nieuwsuitzending is dat dan vaak het standpunt van, of de aandacht voor de andere kant van een conflict. Dat neemt in je herinnering de meeste ruimte in. En dan concludeert iemand dat de ‘eigen kant’ er bekaaid vanaf is gekomen, vaak met de eis tot evenwicht als gevolg.
Maar het is sowieso de vraag of die eigen kant zoveel minder aandacht kreeg. En nog veel belangrijker: voor de journalistiek is het nooit een doel op zich om naar balans te zoeken. We zeiden het met soortgelijke woorden al in ons artikel uit januari 2024 over de NOS-berichtgeving. De hoeveelheid aandacht voor een onderwerp leg je als journalist niet op een weegschaaltje met als opdracht om (precies) gelijk uit te komen. Overigens was toen de aandacht voor de ontwikkelingen in Israël en Gaza bij de NOS “meer in balans dan een deel van het publiek denkt,” zo schreven we.
Als je het bereiken van evenwicht tot doel verheft, kan je zelfs schade doen aan de journalistieke taak dat je het publiek werkelijkheidsgetrouw moet informeren. Je kunt dan op zich onvergelijkbare zaken dezelfde waarde, zendtijd of kolommenlengte gaan geven. Met een daadwerkelijke vertekening van gebeurtenissen tot gevolg. Wie meer wil weten over die risico’s van false balance en bothside-ism verwijzen we terug naar het hierboven genoemde artikel.
Nieuws in stadia
Bij nieuwsredacties geldt voor berichtgeving dus niet het criterium ‘evenveel’. De hoeveelheid aandacht voor wat gebeurt, beweegt mee met – inderdaad: dat wat er gebeurt en nieuwswaardig is. Dit conflict ontwikkelde zich in verschillende golven en stadia in de tijd. Om er slechts enkele te noemen: de inval op 7 oktober en de schok in Israël (focus op de terreuraanslag van Hamas); daarna de bombardementen van Israël op Gaza (focus op die acties en de gevolgen daarvan voor de mensen daar); vervolgens kwamen er ook confrontaties en aanslagen op de Westelijke Jordaanoever (de aandacht daarvoor was overigens relatief kort en versnipperd). En sinds de zomer van 2024 is er de escalatie in Noord-Israël en Libanon (focus op de ontwikkelingen in het noorden). Elk van die stadia leidde tot verhoogde, soms exclusieve aandacht voor steeds één of slechts enkele van de vele kanten aan het conflict.
Nieuws beweegt en verslaggeving beweegt mee. Dat geldt voor alle drie de dagelijkse programma’s waar we naar keken, maar is het meest zichtbaar in de 24/7-nieuwsvoorziening van de NOS. Andere aspecten verdwijnen soms letterlijk gedurende kortere of langere tijd uit beeld.
Maar ook de andere programma’s legden uit dat berichtgeving niet symmetrisch is. Iemand schreef EenVandaag vér voordat het conflict in Libanon escaleerde en er uitgebreid aandacht voor Noord-Israël kwam: "De oorlog in Gaza grijpt me erg aan, maar waarom wordt er niet ook bericht over de dagelijkse raketaanvallen vanuit Gaza en Libanon waardoor een half miljoen Israëli's ontheemd zijn?" Een ander wees op de schommelingen in het nieuws per dag en vroeg: “Hoe is het nu in Gaza met de stroomvoorziening, water, medicijnen enz. Gisteren was de melding en groot alarm: er is nog voor een paar uur stroom. Nu hoor je er niets meer over?” Het waren thema’s die in de media inderdaad nu eens wel en dan niet meer, of langdurig maar mondjesmaat werden aangestipt.
En vragen in stadia
Hoe klachten en opmerkingen over het conflict bij de Ombudsman verschoven met de tijd, kunnen we voor de drie meest aangehaalde thema’s in onderstaand diagram laten zien.
Hier zie je bijvoorbeeld in november 2023 een piek in vragen over de verdeling van aandacht. Dat was het moment waarop het publiek weer ging vragen naar het lot van de Israëlische gegijzelden. Dit was wat in de schaduw gekomen van de Israëlische aanvallen en intense bombardementen op Gaza. Daar gebeurde elke dag veel dat gemeld moest worden en over de gegijzelden kwam geen nieuwe informatie tot de journalisten. En nieuwe informatie of nieuwswaarde is wel waarop een nieuwsorganisatie als eerste zal selecteren. Dus ging het publiek vragen waarom er minder aandacht was voor de gegijzelden.
Een deel van het publiek is daar overigens voortdurend naar blijven vragen, onder meer om deze in eerste instantie ruim tweehonderd mensen niet te laten vergeten. Maar er waren ook andere redenen. "Waarom wordt nooit gevraagd door een journalist wanneer Hamas de gegijzelden vrij gaat laten? Lijkt mij toch een essentieel vraag voor oplossing conflict," schreef een kijker in de EenVandaag-chat. Een ander keek dan weer van de andere kant: "Waarom zijn Palestijnse 'gevangenen' in Israël geen gijzelaars en andersom wel? Ze kunnen toch niet zomaar terug? En ze worden ook 'gebruikt' als ruilmiddel."
Op zich een intrigerende observatie, maar wel een waarbij een al te simpele vergelijking van twee groepen mensen die ergens vastzitten, helder het risico van false balance laat zien. Als je groepen aan elkaar gelijk zou stellen, zou je de werkelijkheid en context aan beide kanten verdraaien en onrecht doen. Die kapotte klok mag dan twee keer per dag de juiste tijd aangeven, hij blijft nog steeds kapot.
De afdeling Publieksreacties van de NOS legt bij vragen over de verdeling van zendtijd en aandacht vaak uit dat nieuws niet symmetrisch verloopt. En wat nieuwswaardig is, gaat voor. Op een ander moment is dan aandacht voor een ander aspect: “Als u onze berichtgeving in zijn geheel bekijkt, ziet u hopelijk dat wij proberen te doen wat we moeten doen: het nieuws melden en waar nodig en gepast achtergronden geven bij dat nieuws, zodat u beter kunt beoordelen wat er aan de hand is.” Maar ook die uitleg maakt mensen soms boos, verdrietig of wantrouwend. Het publiek eist aandacht, nú en doorlopend. Dat is niet alleen journalistiek onmogelijk maar dus ook onterecht.
De redactie van EenVandaag zei: “Wij zijn zes keer per week op tv maar mensen kijken niet alle zes de afleveringen. Vandaag doen we Israël en morgen Gaza maar mensen zien dat niet. En dus moeten we meer benoemen wat er al eerder te zien was of wat er nog komt.” Goede vindbaarheid van reportages en artikelen op terugkijk-platforms en de eigen website speelt een belangrijke rol daarbij. Maar het simpelweg zéggen in een uitzending dus ook.
Hulp van AI?
Niet alleen in Nederland werd over gebrek aan objectiviteit van de publieke omroep geklaagd. Zo werd de BBC verweten te negatief over Israël en de Israëlische bevolking en te positief over de Palestijnen te zijn. En daarmee zou de BBC zich niet aan de eigen richtlijnen voor onpartijdigheid hebben gehouden. Het zou worden aangetoond door een uitgebreid onderzoek naar vier maanden berichtgeving. Die was onder meer met behulp van kunstmatige intelligentie (artificial intelligence AI) bekeken op ‘sympathie’ voor Israël of de Palestijnen.
Waarom was dit voor Nederland van belang? Kijkers eisten dat wij deze methode ook op NOS Nieuws zouden toepassen. Want ook dat zou “systematisch” of “klakkeloos” aan de kant van de Palestijnen staan. Nu zijn wij altijd geïnteresseerd in onderzoek naar onpartijdigheid. En in bruikbare manieren om grote hoeveelheden podcasts, artikelen en items te analyseren. Dus keken we nieuwsgierig naar de methodiek van het Britse onderzoek. En we deden een steekproef om te zien of de uitkomsten van het AI-deel reproduceerbaar waren, een gangbare manier om de waarde van onderzoek te bepalen.
Maar een chatbot is niet per definitie zo onbevooroordeeld als de Britse onderzoekers stelden. Een chatbot wordt getraind op door mensen geschreven teksten die wel vooroordelen, subjectiviteit en meningen (kunnen) bevatten. Daarnaast kreeg ChatGTP in dit geval de opdracht met ja of nee te antwoorden, terwijl dat in de meeste gevallen niet kon. Daardoor gingen context en nuance verloren en gaf AI een oordeel dat deze niet had gegeven als je een open vraag had gesteld. Deed je dat wel dan kwam er in sommige gevallen zelfs een diagonaal tegengesteld antwoord uit van wat de onderzoekers schreven. Wat AI antwoordde op de vragen van de onderzoekers was dus niet zo objectief als je als leek misschien zou denken.
Het team van de Ombudsman is zelf bezig uit te zoeken hoe AI kan worden gebruikt voor onder andere analyses van grote hoeveelheden berichten. Maar de techniek kan nu niet ingezet worden zoals dat gebeurde in het geval van dit onderzoek naar de BBC.
Door vervolgens wel of niet ‘sympathie’ toe te kennen aan een van de partijen in het conflict op basis van AI-antwoorden zeg je niets steekhoudends over de (on)partijdigheid van berichtgeving. En tot slot kon door de samenstelling van de onderzoeksgroep het risico op tunnelvisie ook niet voldoende uitgesloten worden. Hier werden stellige conclusies over de BBC getrokken die je op grond van deze methodiek niet kunt trekken. En het team van de Ombudsman zal deze onderzoeksmethode dan ook niet inzetten voor een analyse van NOS Nieuws.
Overigens: net als NOS Nieuws kreeg de BBC de verwijten van partijdigheid van beide kanten. Naast het hierboven genoemde onderzoek was er een ander met een 180-graden-andere uitkomst. En nog onlangs verscheen een ingezonden brief in The Independent van 237 Britse journalisten en mediamakers (waaronder meer dan 100 BBC-medewerkers) met forse kritiek op met name de BBC: Israël wordt te weinig ter verantwoording geroepen voor zijn daden.
Dat je kritiek van beide kanten krijgt, wil niet zeggen dat je het nieuws dan dus wél gebalanceerd hebt gebracht. En nogmaals: balans is op zich geen journalistiek doel. De tweezijdige kritiek op zowel de BBC als Nederlandse omroepen geeft wel eens te meer aan dat het hostile media effect waarover we hierboven schreven, bestaat.
Geen klapdeur
Uiteraard vindt ook een nieuwsredactie achteraf wel eens dat een bepaalde gebeurtenis meer aandacht had verdiend gezien het belang ervan. Dan is het zaak dat te verantwoorden. NOS Nieuws schreef aan een klagende organisatie dat het inderdaad beter was geweest meer aandacht te geven aan uitzonderlijke uitspraken van het Internationaal Gerechtshof over de aanwezigheid en het gedrag van Israël in bezet gebied. Het is altijd goed om zoiets te laten weten, en liefst aan een breed publiek. Want anders weet alleen de klager van het veranderde inzicht.
En het komt natuurlijk ook voor dat het grotere belang van iets pas veel later zichtbaar wordt. Je kunt een eerder gebrek aan aandacht nooit letterlijk inhalen. Maar dan is er de gelegenheid om alsnog de schijnwerper op een onderwerp te zetten.
Want je bent als nieuwsorganisatie geen klapdeur die alleen het nieuws doorlaat dat zichzelf meldt. Naast dat je altijd moet bevragen wat je bronnen je melden over dat nieuws, kan je de publieke aandacht ook zelf richten op aspecten die belangrijk zijn maar minder opgemerkt worden. Of op iets dat dreigt weg te zakken in de collectieve waarneming. Nieuwsredacties doen dat in het stadium van ‘nieuwsgaring’: het voorbereiden van nieuwsonderwerpen die niet automatisch zendtijd krijgen. Juist dán kan je andere vragen stellen of een schijnwerper op iets anders zetten dan collega’s op andere redacties of bij andere media doen.
Met name achtergrondprogramma’s zullen die eigen accenten vaker (kunnen) aanbrengen, omdat ze niet ook de dagelijkse stroom van het nieuws geacht worden te verslaan. EenVandaag maakte zo diverse achtergrondverhalen die niet onmiddellijk aan een gebeurtenis op een uitzenddag vastzaten. NOS Nieuws zette voor dit soort verhalen vaak een correspondent in de regio in. Zo ontstonden reportages die soms letterlijk de rand van het strijdgebied opzochten of verhalen over minder opvallende mensen middenin het conflict.
Het is aan redacties zelf om te besluiten of en hoe dergelijke keuzes gemaakt worden en wanneer of waar menskracht wordt ingezet voor eigen invalshoeken. Dat is zo geregeld volgens het principe van de redactionele autonomie en daar kan of zal de Ombudsman niet over oordelen.
Streven naar vrede
Het publiek verwacht veel van de journalistiek bij de publieke omroepen. Terecht, als je het Team Ombudsman vraagt. Journalistiek moet zoveel als mogelijk foutloos zijn, feitelijk en fair. Maar fair is dus niet hetzelfde als balans of evenwicht. En soms moet je iemand fundamenteel teleurstellen. Een kijker filosofeerde over de balans van berichtgeving en schreef: “Het gaat mij niet om een Palestijns of een Israëlisch standpunt, ik verwacht dat een publieke omroep daar bovenuit stijgt. En ook meer realiteitsbesef aan de dag legt over wat een mogelijke oplossing is voor dit akelige conflict.” Een oprechte verzuchting.
Er is een stroming in de journalistiek die peace journalism wordt genoemd: journalisten die in plaats van over aantallen slachtoffers of wie er wint, berichten maken over vredesmogelijkheden en willen bijdragen aan conflictoplossingen. Deze kijker leek te wensen dat de publieke omroepen die stroming aanhangen.
De Ombudsman vindt het eerder een mogelijke aanvulling óp dan een vervanging ván conflictverslaggeving. Peace journalism zorgt ervoor dat je andere vragen stelt, en dat kan absoluut geen kwaad. Verslaggeving over een oorlog kan anders wellicht gaan lijken op scorebordjournalistiek: hoeveel doden vielen er, hoeveel veroverd of verloren grondgebied was er. Terwijl je natuurlijk ook dient uit te zoeken waarom juist dáár slachtoffers vallen of dát grondgebied zo betwist is.
Maar een journalist is geen vredesactivist. Je realiseren dat er na oorlog wederopbouw komt en berichten over hoe dát kan gaan lopen, is een zeer relevante journalistieke invalshoek. Die we niet heel veel zien. Maar wie alleen de vrede in het vizier houdt, wordt een belangenbehartiger. En zelfs al is het van iets zo waardevols als vrede, dat is niet de taak van de journalist.
Artikel 2: Publieksreacties in cijfers en thema's
Artikel 4: Terug naar de bron, verantwoording over bronnengebruik en expertkeuze
Artikel 5: Een kwestie van wegen, verantwoording van woordkeus