Het Nederlandse Transgenderprotocol
"Deze reportage van Zembla ("het transgenderprotocol") was een ideologisch gemotiveerde, en op desinformatie gebaseerde aanval op de Nederlandse transgenderzorg waarmee ze de gezondheid van gender divergente jongeren in gevaar hebben gebracht." Met deze woorden meldde eind vorig jaar een kijker zich bij de Ombudsman. Zembla had in de uitzending van 26 oktober aandacht besteed aan de kritiek die er vanuit het buitenland is op de wetenschappelijke onderbouwing van het behandelprotocol zoals dat in een kliniek in Amsterdam wordt gebruikt. Een onderwerp dat, zo bleek niet alleen uit deze mail aan de Ombudsman, gevoelig lag. Ook online was er kritiek.
Transgenderzorg: een gevoelig onderwerp
Dat de redactie van Zembla met de uitzending van 26 oktober 2023 een gevoelig onderwerp te pakken had, is ook voor de makers van het programma vanaf het begin duidelijk. Ze willen het in de documentaire hebben over het zogenoemde Dutch Protocol. Dat is een behandelaanpak voor transgender jongeren die in Nederland bedacht is, maar in sommige andere landen op kritiek kan rekenen. Deze kritiek is de start van het journalistieke onderzoek van Zembla, maar de uitzending maken is ingewikkeld.
Zo zegt één van de makers in een aflevering van een Zembla-podcast over het onderwerp: "We hadden natuurlijk direct in de gaten dat het heel erg gevoelig ligt. Het ligt in de samenleving heel gevoelig. Het ligt ook bij ons in deze omroep gevoelig, omdat wij een progressief liberale omroep zijn: BNNVARA. Dus we wisten vanaf het begin dat het echt ingewikkeld zou worden om dit te maken."
Wat het ingewikkeld maakt is bijvoorbeeld terug te lezen op de website van het journalistiek platform OneWorld. Die redactie schreef een uitgebreid artikel over hoe de Nederlandse media omgaan met het thema Transgender. Volgens OneWorld is de toon in de afgelopen jaren verschoven van positief naar kritisch of zelfs ronduit negatief. Er zou zelfs een angstbeeld worden gecreëerd. Een projectcoördinator van het Transgender Netwerk laat aan OneWorld weten: "Wij krijgen heel veel berichten van jongeren die verstoten worden door hun ouders, worden genegeerd of huiselijk geweld ervaren omdat hun ouders ergens in de krant een opinieartikel hebben gelezen dat trans zijn een hype is."
Volgens de projectcoördinator heeft negatieve of kritische berichtgeving dus onmiddellijk een effect op hoe er, onder andere in de thuissituatie, om wordt gegaan met mensen die transgender zijn. Het Transgender Netwerk deed in de afgelopen jaren zelf onderzoek naar de mediaberichtgeving over transgender en ziet al enkele jaren een daling van het aantal positieve berichten en een stijging van het aantal negatieve berichten. Ook in de politiek en op sociale media krijgen transgender mensen het flink voor de kiezen. De Groene Amsterdammer turfde het aantal haatdragende berichten online en zag een enorme stijging in met name de laatste twee jaar.
Het is dan ook verklaarbaar dat alles wat gepubliceerd wordt over het onderwerp onder een vergrootglas komt te liggen, en dat journalisten extra voorzichtig omspringen met wat ze erover schrijven of uitzenden. Dat valt onder andere op te maken uit de woorden van de programmamaker in de Zembla-podcast, maar ook uit hoe de krant NRC vorig jaar omging met een kritisch opiniestuk over de wetenschappelijke onderbouwing van de geboden zorg in de genderpoli in Amsterdam. Het artikel werd geplaatst, maar de genderpoli werd ook meteen om een weerwoord gevraagd. Beide artikelen stonden naast elkaar in de krant.
OneWorld vroeg de krant naar haar aanpak en NRC gaf in een reactie aan dat ze op deze manier het gesprek over dit gevoelige onderwerp toch mogelijk wilde maken. Want, zoals de redacteur van de krant aangaf: "Daar heb je twee kanten voor nodig."
Twee kanten: hoor en wederhoor
Deze twee kanten waar de redacteur van NRC het over heeft, zijn in de journalistiek gegoten in het principe van de hoor en wederhoor. Als er een beschuldiging gedaan wordt, dan moet de ‘andere kant’ de kans krijgen om daarop te reageren. In de Code Journalistiek Handelen van de publieke omroepen staat daarover: "Omroepmedewerkers passen hoor en wederhoor toe bij personen en/of bedrijven/instanties die in een productie worden beschuldigd. Wie beschuldigd wordt, krijgt voldoende gelegenheid om te reageren en bij voorkeur in dezelfde productie."
De beschuldiging die in de uitzending gedaan wordt door de mensen die geïnterviewd worden (over die sprekerskeuze later meer), is dat de wetenschappelijke onderbouwing van de behandeling zoals die in Amsterdam wordt aangeboden, niet op orde is. Letterlijk wordt er aan het begin van de uitzending gezegd: "Artsen van de genderkliniek in Amsterdam zijn pioniers in de zorg voor transgenderjongeren. De behandeling die hier jaren geleden is ontwikkeld, wordt tegenwoordig wereldwijd gebruikt. (…) Inmiddels groeit de kritiek. Buitenlandse deskundigen plaatsen vraagtekens bij het wetenschappelijk bewijs van de Amsterdamse artsen. Zembla onderzoekt het Nederlandse transgenderprotocol."
Aan het begin van het programma wordt dus al meteen duidelijk gemaakt waar het programma zich op zal focussen: de buitenlandse kritiek op de wetenschappelijke bewijsvoering. Het gaat nadrukkelijk dus niet om alle mogelijke wetenschappelijke bewijzen voor het wel of niet functioneren van het Dutch Protocol. De kern is de kritiek die er in het buitenland is op de werkwijze en de wetenschappelijke onderbouwing van die werkwijze.
Het staat een redactie vrij om zelf de insteek van hun journalistieke product te kiezen. De insteek die Zembla heeft gekozen is die van de kritiek vanuit het buitenland op onderbouwing van het Dutch Protocol. Zoals hierboven al beschreven is kan dat, maar omdat hierin een beschuldiging zit, zal dan wel voldaan moeten worden aan de voorwaarden van hoor en wederhoor. De genderkliniek moet ruim de kans krijgen om op de kritiek te reageren en die eventueel te weerleggen, net zoals dat ook in de NRC gebeurde.
In de uitzending komen een kinderpsychiater en een kinderarts van de kliniek aan het woord. Beiden krijgen van de programmamakers ruim de gelegenheid om in te gaan op de kritiek. Ook wordt verwezen naar de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd, die aangeeft dat er geen klachten zijn binnengekomen over de behandeling in de kliniek in Amsterdam. Verder is er gesproken met belangenorganisatie Transvisie, die aangeeft dat het aantal klachten minimaal is. Op de website van Zembla staat een aanvullend interview met Transvisie.
Daarmee heeft Zembla voldaan aan de regel om binnen de gekozen invalshoek beide kanten van dit verhaal te tonen. Toch wil de Ombudsman nog een moment extra stilstaan bij de mensen die aan het woord komen in de documentaire. Daar valt namelijk iets op.
De mensen die aan het woord komen
Eén van de dingen waar vraagtekens bij werden gezet in de online-artikelen en in de kritische mail van de kijker aan de Ombudsman, was wie er aan het woord komen in de documentaire. Zo is het Transgender Netwerk Nederland niet blij met de ervaringsdeskundigen in de uitzending. Op haar website schrijft de organisatie dat ze graag had gezien dat er ervaringsdeskundigen aan het woord werden gelaten die wel baat hebben gehad bij puberteitsremmers.
In de uitzending komen drie ervaringsdeskundigen aan het woord. Eén persoon die kritisch is op de aanpak van de kliniek, maar wel blij is met de geslachtsaanpassing. Een tweede persoon die op het laatste moment besloot niet door te gaan met een geslachtsoperatie. En als derde Lucy Kartikasari. Kartikasari komt in de aflevering voor als voorbeeld van iemand die de behandeling doorlopen heeft, maar daar later spijt van kreeg en weer in detransitie ging. Zij is echter niet blij met hoe Zembla het interview met haar heeft gebruikt, zo zegt ze in een video op TikTok: "Last Thursday I appeared on the Dutch TV show Zembla, but watching the episode left me feeling seriously misrepresented due to editing decisions that were beyond my control."
Ze is dus ontevreden over de keuze die de redactie heeft gemaakt na het interview. Een redactie mag een keuze maken welk gedeelte van een interview wordt gebruikt. Daarbij moet de strekking van wat er tijdens het interview gezegd is, wel overeind blijven. De Ombudsman kan op basis van het uitgezonden interview en de reactie van de geïnterviewde daarop op TikTok geen aanwijzingen vinden dat dit hier niet het geval is. Dat de geïnterviewde persoon een slecht gevoel overhoudt aan het eindresultaat is uiteraard vervelend. Zeker als het gaat om een zo persoonlijk verhaal als in dit geval. De redactie van Zembla zou kunnen overwegen opnieuw met Kartikasari in gesprek te gaan, voor zover dat nog niet gebeurd is.
Het Transgender Netwerk en de mailende kijker zijn het ook niet eens met de experts die door de redactie zijn geïnterviewd."Alleen uit de landen die de transgenderzorg hebben ingeperkt, komen er ‘experts’ aan het woord. (…) De drie geïnterviewden uit Finland, Zweden en Engeland, respectievelijk Riittakerttu Kaltiala, Mikael Landén en Hannah Barnes, kunnen niet als neutraal beschouwd worden." Een deel van de experts zou volgens de mailer onderdeel zijn van de anti-translobby.
Die kritiek staat niet op zichzelf. Zo blijkt onder andere uit de uitspraken van journaliste Marieke Kuypers en publicaties op enkele websites. Eén van de deskundigen uit de uitzending van Zembla komt veelvuldig aan het woord op platforms die inderdaad als activistisch kunnen worden betiteld. De deskundigen worden daarnaast aangehaald door mensen die daadwerkelijk tegen transitie zijn. Volgens de makers van Zembla wordt het feit dat de deskundigen in het debat op deze manier worden aangehaald door anti-transactivisten, gebruikt om kritiek op de behandeling in Amsterdam onmogelijk te maken.
In de eerdergenoemde podcast over de uitzending zeggen zij: "Het is natuurlijk heel makkelijk voor mensen die de transzorg ten koste van alles willen verdedigen. Als een soort guilt by association, om in een debat iemand aan de kant te schuiven. Dat soort dingen wordt hier ingezet om die wetenschappers de mond te snoeren."
Zembla staat dan ook nog altijd achter de keuze om deze wetenschappers aan het woord te laten, zeggen de makers in de podcast. "Dit zijn wetenschappers die niet transfoob zijn. Dit zijn wetenschappers die ook helemaal niet tegen transitie zijn. Of die zouden zeggen dat transgender niet bestaat, of iets dergelijks. (…) En ze zijn ook niet tegen het voorschrijven van hormonen. Ze zeggen alleen: voordat we zoiets ontzettend ingrijpends doen, moeten wij zeker weten dat het werkt en dat het geen schade doet. (…) En ze zeggen: dat kunnen wij nu niet garanderen, want dat wetenschappelijk bewijs is er niet."
Wie een redactie wil interviewen en over welke onderwerpen is aan de redactie zelf. Deze redactionele vrijheid is een belangrijke voorwaarde voor journalisten om onafhankelijk hun werk te kunnen doen. Deze keuzevrijheid van journalisten staat daarom ook opgenomen in de Mediawet. Niemand mag zich met deze keuze bemoeien. Ook de Ombudsman voor de publieke omroepen niet.
De onderbouwing
De discussie over de wetenschappelijke onderbouwing van de behandeling waar het in Zembla over gaat, is niet nieuw. Zo blijkt uit een documentaire uit 2019 van de Zweedse omroep SVT. Maar ook uit de discussie zoals die vorig jaar gevoerd werd op de opiniepagina van de Washington Post. Daar verschenen verschillende artikelen waarbij in het ene artikel gesteld werd dat er genoeg bewijs was, en in het andere juist gezegd werd dat dit niet zo was. Ook de eerder aangehaalde artikelen in de NRC gingen daarover.
In een artikel op de website waar de uitzending wordt aangekondigd, legt de redactie nogmaals uit waarom ze de documentaire maakt: “Transgender jongeren zijn gebaat bij volledige informatie over hun behandeling. Het debat over de genderzorg moet publiekelijk en transparant gevoerd kunnen worden, juist als er aanwijzingen zijn dat het wetenschappelijk bewijs voor een bepaalde behandeling te wensen overlaat. Als onderzoeksjournalistiek programma probeert Zembla feiten boven water te halen die daaraan bijdragen. Omdat wij signalen hebben ontvangen dat de wetenschappelijke basis onder de transgenderzorg zwak is, hebben we besloten dit te onderzoeken.”
De mailende kijker schreef aan de Ombudsman dat er ook onderzoeken en wetenschappers zijn die vinden dat de aanpak van de kliniek in Amsterdam juist wel de juiste is. Deze geluiden miste de kijker in de documentaire van Zembla. Een journalistiek programma hoeft echter niet alle mogelijke geluiden op te nemen in een verhaal. De kijker had graag een andere insteek van de documentaire gezien. Dat kan, en zo’n documentaire is ook te maken. Maar dat maakt de door de redactie gekozen invalshoek nog niet onjuist.
Conclusie
Volgens de mail van de kijker was Het transgenderprotocol een "ideologisch gemotiveerde, en op desinformatie gebaseerde aanval op de Nederlandse transgenderzorg". De Ombudsman ziet geen onderbouwing voor deze zware aantijging aan het adres van de redactie van Zembla.
De documentaire ging over de kritiek die er in het buitenland is op de methode van de genderkliniek in Amsterdam. Dat deze kritiek er is, is een feit. De kliniek krijgt in de uitzending uitgebreid de gelegenheid om op de kritiek te reageren. Voor het publiek is duidelijk waarom de kliniek doet wat ze doet en wat de gevolgen zouden kunnen zijn als ze zou stoppen met de behandeling.
Er zou ook een documentaire kunnen worden gemaakt die juist positief zou berichten over wat de kliniek doet. En die ervaringsdeskundigen aan het woord laat die wel tevreden zijn met hun behandeling. Dat is de Ombudsman eens met de criticasters van de Zembla-uitzending. Maar een redactie mag zelf bepalen welke insteek ze kiest. Zolang ze maar zorgt voor een goede onderbouwing en er voldoende ruimte is voor hoor en wederhoor. Zodat het publiek ook de tegenargumenten in voldoende mate meekrijgt. Dat was in deze uitzending van Zembla het geval.